Leeuwarden telt bijna twintigduizend studenten. Een derde woont op zichzelf en heeft een eigen kamer: duizenden studenten, ieder met een eigen verhaal. Lennart Ubels vertelt zijn verhaal. Niet over zijn kamer, maar over zijn appartement in hartje Leeuwarden.
“Ik ben vijfentwintig jaar. Drieëntwintig jaar van mijn leven heb ik bij mijn ouders gewoond. Toen werd het tijd om op mijzelf te gaan wonen. Leeuwarden is altijd mijn stad geweest, vandaar dat het onvermijdelijk was om mijn eigen plek ook in deze stad te zoeken. Ik heb nu een prachtig appartement dat ik helemaal naar mijn eigen smaak heb ingericht, precies in het centrum. Dichtbij de stad, maar ook dichtbij de NHL, waar ik studeer. Maar ‘slechts’ vijf minuten fietsen, betekent zeker niet dat ik daar vaak te vinden ben. Afgelopen jaar heb ik een tussenjaar gehad, dit beviel me prima. Maar nu is het dan toch echt weer tijd om te studeren.”
Globetrotter
“Ik hou van reizen, vandaar dat er ook allemaal landkaarten in mijn appartement hangen. Ze zijn niet alleen mooi om naar te kijken, maar je leert er ook veel van. Elke keer als ik ernaar kijk zie ik weer een ander land waarvan ik dan denk: “Oh, ligt dat daar.” Zo wordt je elke keer wat wijzer. Op de wc heb ik een kaart van Nederland hangen. Er zijn zo gigantisch veel dorpjes in ons koude kikkerlandje, dat is echt bizar.”
“Mijn ouders zijn altijd reislustig geweest, vandaar dat ik al veel van de wereld heb gezien. De laatste jaren ben ik vooral met mijn vrienden op vakantie geweest. Een hoogtepunt -dat verhaal kan ik eigenlijk elke dag wel vertellen- is mijn reis samen met twee vrienden door de Oostbloklanden. Eén maand, veertien landen, zevenduizend kilometer en een auto, net gekocht op Marktplaats. Het was een ervaring die ik niet snel zal vergeten. Wanneer je door Servië en Sarajevo reist, word je echt met beide benen op de grond gezet. Waar maanden geleden de kogels om je oren zouden vliegen, zie je nu slechts resten van de oorlog. Dat zet je wel aan het denken.”
Oude spullen
“Overal in mijn woonkamer staan oude spullen. Ik hou van dingen waar een verhaal achter zit. Nergens zul je dan ook maar iets van Ikea vinden. Ik verzamel deze objecten niet, het is meer dat ik ze tegenkom. Op de rommelmarkt bijvoorbeeld, of mijn moeder komt weer eens met iets aanzetten. De kast met alle laden erin heb ik gevonden. Hij zat helemaal vol met houtworm, maar ik heb hem helemaal opgeknapt. De kast komt oorspronkelijk bij een Amerikaans bedrijf vandaan dat meubels maakte voor boerderijen. Ik heb dit op internet opgezocht en kwam er toen ook achter dat hij ergens uit de jaren tien van de vorige eeuw komt. Ik heb bijna alle laden teruggevonden, op één na. Helemaal onderaan aan de rechterkant zit een la die ik zelf heb moest maken zodat de kast compleet zou zijn. Bovenop staat een afschuwelijke lamp die ik heb gekocht omdat ik hem zo lelijk vond. Op Koningsdag heb ik voor drie euro de koperen eend gekocht op de rommelmarkt. Hij is zo verschrikkelijk dat ik hem nu eigenlijk wel leuk begin te vinden.”
Poes
“Toen ik een jaar op mijzelf woonde, wilde ik een kat. Mijn ouders hebben toen gezegd dat ik ‘onze’ kat wel mocht meenemen. De kat heet Poes, met een hoofdletter ‘P’. Het is erg gezellig met zo’n dier in huis. Omdat ik op de eerste verdieping woon, is het best lastig voor de kat om ergens te komen. Van een oude polstok heb ik een trappetje gemaakt, wat plankjes erop en klaar. Het beest is al tien jaar oud, maar klautert vrolijk van boven naar beneden op deze uitvinding. Op de haren heb ik een oplossing gevonden: ik stofzuig Poes gewoon zelf. Op de zachtste stand vindt ze het zelfs lekker.”
Door: Nicky van Veenhuizen
Foto’s door: Afke Manshanden