Interview

Interview BLØF

Als je dronken in de kroeg hangt en ‘Wat zou je doen’ of ‘Liefs uit Londen’ door de speakers galt, barst menig student uit in luid gezang, want BLØF: wie kent ze niet?
Wij mochten de bassist Peter Slager interviewen en vroegen hem de hemd van het lijf, over hitjes, lievelingsliedjes en welk nummer hij nooit meer wil spelen.

 Jullie hebben tientallen hits gescoord, ik denk dat elke Nederlander wel een nummer van jullie kan meezingen. Wat blijft er dan nog te wensen over, na alles wat jullie hebben bereikt?

“Deze vraag komt vaak voorbij, dat is lastig. In maart ontvingen we de Edison Oeuvre Prijs, dat vond ik heel bijzonder. Ik dacht dat dat een prijs was die je alleen kon krijgen aan het einde van je carrière, terwijl wij er voor ons gevoel nog midden in staan. Voor ons is muziek maken het doel, succes hebben is heel leuk, maar uiteindelijk bijzaak. Begrijp me niet verkeerd: ik vind het fantastisch om op plekken te komen waar mensen je muziek leuk vinden en mee kunnen zingen, maar iets bereiken met een nieuw liedje is belangrijker dan een gouden plaat. Al vond ik de Edison echt wel een grote eer. Ik krijg de prijzen liever niet dan wel haha, maar het is niet ons hoofddoel.

Wat wilde je vroeger worden als je later groot was?
“Ik stond al vrij jong met een tennisracket om voor de spiegel, Beatle worden leek me wel wat. Al begon ik best laat met gitaar spelen, ik was een jaar of 14/15. Ik ben opgegroeid in een middenstandsgezin, we hadden een winkel in witgoed. Mijn moeder stond in de zaak en mijn vader was elektricien, dat was een handige combinatie: mijn vader installeerde de wasmachines die mijn moeder verkocht. Het is dus niet zo dat muziek bij ons de boventoon voerde.”

Weet je van te voren of een liedje een hit wordt?
“Ik wou dat ik het wist! Dan zouden we alleen nog maar hits maken. Soms heb je er wel een gevoel bij, bijvoorbeeld met Harder dan ik hebben kan hadden we allemaal zoiets van ‘dit kan wel eens wat worden’. Maar soms verrast het je ook volkomen, Was je maar hier is bijvoorbeeld een vrij lang nummer en ondanks dat we het zelf te gek vonden, hadden we niet verwacht dat het zo opgepakt zou worden bij het grote publiek.”

Welk nummer zou je het liefste nooit meer spelen?
“Persoonlijk hoef ik die oude hits niet meer bij elk optreden op te rakelen, die kunnen we wel dromen. Alhoewel, laatst bij Concert at Sea speelden we sinds lange tijd weer eens Wat zou je doen. Iedereen brulde het nummer van het begin tot het eind mee, dat geeft dan ook wel weer een bijzonder sfeertje.”

Als jullie nu weer samen aan het begin van jullie carrière zouden staan, zou je er dan weer voor hebben gekozen om in het Nederlands te zingen? Of waren jullie dan toch liever de Engelstalige weg ingeslagen?
“Hmm, nee ik denk dat we voor hetzelfde hadden gekozen. Kijk, voor het muziek maken maakt het natuurlijk niet zoveel uit, maar Paskal voelt zich comfortabeler bij zingen in het Nederlands. In het begin hebben we daar wel eens mee geëxperimenteerd, maar ten eerste zit je altijd met een accent en bovendien voelden we allemaal wel dat emoties beter overkwamen in het Nederlands. Gek is dat eigenlijk, we hebben alleen succes in Nederland, niet eens in België.”

Wat is je favoriete nummer van BLØF en waarom?
“O, dat vind ik heel lastig, ik kan vandaag iets noemen, maar morgen kan dat weer heel anders zijn. Vandaag zou ik kiezen voor Aan/uit, omdat ik het heel erg niet-BLØF vind, doordat het zo sferisch en lang is.”

Ben jij zelf nu op je allerbest als bassist?
“Ja, maar dat komt niet zozeer door leeftijd, maar meer door meters maken. Dat is ook het enige advies wat ik heb voor beginnende muzikanten: spelen, spelen, spelen. Veel optreden is zo belangrijk. Je kunt altijd wel op je zolderkamertje wat zitten prutsen op techniek en loopjes, maar ga juist naar kroegjes toe. Al sta je maar voor 5/6 man, daar merk je wel hoe het is om voor publiek te spelen.”

Merk je verschil in de plaatsen waar jullie optreden?
“Er is zeker verschil, Limburg lijkt wat meer op België, ze zijn wat afwachtender, ook de kop van Noord-Holland is soms een lastige plek. Als we dan in een feesttent in de Polder staan, moeten we er net wat harder voor werken. Het blijft een prima leerschool, we zouden er alleen maar lui van worden als mensen alles wat we doen toch wel leuk vinden. Na al die jaren zijn we zo op elkaar ingespeeld dat we binnen een paar minuten weten wat voor avond het wordt. Dat is net als een voetbalwedstrijd: soms moet je over een dood punt heen. Afgelopen weekend stonden we in Noord-Holland en gingen er technisch best veel dingen mis, maar het publiek droeg ons enorm op handen. Dat was wel te gek, maar dan baal je toch dat het niet helemaal soepel loopt. De dag erna stonden we in Weerd (Limburg red.) en daar liep alles op rolletjes. Dat zijn de lekkerste shows, dan weet je: zo moet het zijn.”

Wat vind je leuker, concerten of festivals?
“Dat maakt me eigenlijk helemaal niets uit. Als het maar goed geregeld is en dat we ons welkom voelen. We kwamen ooit ergens spelen en daar was helemaal geen toilet aanwezig. Toen we daar wat van zeiden, zei de organisatie dat we niet hadden aangegeven dat we dat wilden. Pff, gelukkig hebben we dat soort dingen maar zelden. Maar ik vind dat je of je nou grote of kleine bands hebt: je moet zorgen dat alles in orde is.”

Paskal, jij en Bas zijn vanaf het begin af aan BLØF. Is het een optie dat één van jullie drieën stopt en dat dan de band nog verder kan?
“Nou kijk muzikaal gezien zijn Bas, Norman (drummer, sinds 2001) en ik wel vervangbaar, maar het vertrek van Paskal (zanger red.) zou denk ik wel het einde van de band betekenen. Echter kan ik me ook niet voorstellen dat we nog verder gaan als een ander vertrekt. We zijn zo’n enorm hechte vier-eenheid.”

Afgelopen zomer stonden de Rolling Stones op Pinkpop, staan jullie over twintig jaar ook nog op het podium?
“Haha, dat hangt er natuurlijk een beetje vanaf hoe we ons voelen. Bij de Stones heb ik ook wel een beetje mijn twijfels hoor, moet ik eerlijk zeggen. Maar als ik dan naar Golden Earring kijk, die komen hartstikke vitaal over. Als ik me op mijn 65e nog zo fit voel, dan sta ik met liefde nog te spelen, maar het moet wel goed klinken.”

Door: Froukje Bouma

Show More

Related Articles

Geef een reactie

Back to top button
Close
Close