Is ‘t een vliegtuig, is ‘t een vogel? Nee, gewoon nee, oké? En het was zelfs niet Mega Mindy, want het verhaal gaat dat in Roswell, New Mexico ufo’s zijn gespot. Jaja, echt waar. Of niet dus, hè. In de rubriek Aluhoedjes behandelen we de meest spraakmakende complottheorieën, met dit keer: het Roswellincident.
Het was een random boerderiedag, 1947
Op een random dag in juli 1947 liep boer Brazel naar Bertha. Even kijken hoe ’t met zijn zwart-witte lieveling was gesteld. Gebruikelijk was het niet: al die stukken rubber, hout, folie, tape en papier waar hij tussendoor moest manoeuvreren om haar te bereiken. Toen hij even later in de boerderie aan een bakkie leut zat met z’n vrouwke, dacht ‘ie bij zichzelf: toch moar efkes belle met de ploatselijke luchthoaven, ’t kon immers wel zijn doat ‘r bútenloands visite was weest. En jawel, majoor Jesse Marcel kwam ter plaatse en raakte er al snel van overtuigd dat Bertha eerder die dag was vergezeld door minieme wezentjes met enorme knarren.
En gut, dat is niet zomaar wat. Maak je dan weer net niet elke dag mee, wrakstukken van een ufo in je tuin. Daarom verspreidde het verhaal zich als een lopend vuurtje. Persverantwoordelijke Walter Haut liet dan ook snel een persbericht opstellen. En ja hoor, de krantenkoppen luidden de volgende dag: ‘RAAF (Roswell Army Air Field) vangt vliegende schotel op ranch in regio Roswell’. Jammer wel dat hoofdgetuige Bertha geen airtime kreeg, maar dat terzijde. Een en al sensatie dus. Heel Roswell en omstreken in rep en roer, tot het moment dat zonder blikken of blozen het bericht werd aangepast. De brokstukken zouden tóch afkomstig zijn van een vernielde weerballon. Ach joh, ufo, weerballon: één pot nat. Een foutje is snel gemaakt. En wat de media beweren is waar, dus jammer zeg. Geen ufo’s, geen aliens, we kunnen weer verder met Facebooken. Verdikkie nee, 1947, nevermind.
Wa was ’t nou?
Maar, rebelse mensen zijn van alle tijden. Was het niet toch wèl een ufo? Veel mensen bleven vasthouden aan het ufo-verhaal. Enkele dagen eerder was amateurpiloot Kenneth Arnold op weg naar Oregon toen hij een felblauwe lichtflits in de lucht zag. En daar bleef het niet bij, want vervolgens zag hij nog negen flitsen, kort na elkaar. Al gauw werd aangenomen dat hij vliegende schotels had gezien. Om maar in boerderietermen te blijven spreken: er ontstond schaapjesgedrag. Plots zag werkelijk heel Amerika de big size frisbees en binnen no-time stonden kranten in het hele land vol met ufomeldingen.
Stanton Friedman, door zichzelf omgedoopt tot ufoloog (juist ja; als je opleiding niet wil lukken, kun je altijd zelf nog wat bedenken dus), was in 1978 in Louisiana voor een interview met die majoor waar ik het eerder over had: Jesse Marcel. En ja, je leest het goed: 1978. Jarenlang was er dus niet gesproken over dit incident. Klein beetje opmerkelijk wel. Toen Friedman alles over het voorval in Roswell wist, begon hij aan een uitgebreid onderzoek. Hij besloot dat er sprake was van een doofpotoperatie. Alle ophef die hierna volgde, zorgde ervoor dat de Amerikaanse luchtmacht een eigen onderzoek startte. En jawel, er was inderdaad sprake van een doofpotoperatie.
Padapapammm …
De restanten bleken namelijk van een ultrageheim project te zijn dat het leger in de jaren 40 uitvoerde. Op grote hoogte werden er luchtballonnen met afluisterapparatuur ingezet om nucleaire testen van de Sovjet-Unie te monitoren. SAAI. Door deze belachelijke bewering is het hele sensationele verhaal over ufo’s dus naar de maan. Maar ach, de mens zou de mens niet zijn als we de overheid niet wantrouwen. Gewoon volhouden dus. Keihard blijven getuigen en ook anderen beweren dat het toch ufo’s waren en dat er wel aliens op onze aardkloot zijn geweest.
Keep your eyes open
Man, man, man, wát een verhaal. Wat was het nou, verdeurie? Gaan we het ooit weten? Wellicht dat zeventig jaar na dato de aliens denken: ah, de aarde, goeie ouwe tijd. Misschien kunnen we er nogmaals een kijkje nemen. Dus, ik zeg het je: wees alert in juli. Bel massaal het alarmnummer en de dichtstbijzijnde luchthaven als je iets in de lucht ziet wat lijkt op een ufo. En, voordat je dat doet mail je beter eerst even de studentenkrant zodat we meteen een artikeltje online kunnen gooien!
Door: Anouk de Vries
